De sint Jan van Lateranen, een prachtig bouwwerk,
de Sint Pieter, een prachtig bouwwerk.
Maar ook dichter bij huis,
de St. Jan in Den Bosch, de Sint Dominicuskerk in Tiel.
Allemaal mooie bouwwerken.
En is dat niet waar we meestal aan denken
wanneer het gaat over een kerk of een tempel?
We zien dan de prachtigste gebouwen op ons netvlies verschijnen.

Maar gaat het daarover ook in de lezingen die we vandaag hoorden?
Al in de eerste regel uit de brief van Paulus aan de christenen van Korinthe, hoorden we:
Broeders en zusters, U bent een bouwwerk van God.
En verderop hoorden we:
Weet u niet dat u een tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont?
Wij zijn dus zelf de tempel van God.
Ons lichaam is de tempel
en in ons lichaam huist de Geest van God.
Het gaat hier dus niet over het gebouw, maar over onszelf!
Wij zijn het waarin de Geest van God woont.
Het gaat dus niet over bakstenen,
maar over levende stenen, over onszelf.
De Geest van God, van God die voor ieder het goede wil,
is gehuisvest in ons mensen.
Bovendien zijn we gebouwd op een stevig fundament.
Jezus Christus is de basis waarop wij kunnen steunen.
Hij was voor ons een voorbeeld.
Ook Hij zag zijn lichaam als een tempel van God.
Hij was ten diepste met God verbonden.
Voor Hem zat het doen van Gods wil niet in uiterlijk vertoon,
Hij deed wat Hem goed leek
en niet wat hij dacht dat de mensen van Hem verwachtten.
Jezus gelooft in een God die hem voortstuwt
en geestkracht geeft om mens te zijn
voor al die mensen die geen kans krijgen
opgebouwd te worden tot een stevige tempel.
Hierbij denk ik aan armen zonder voedsel,
vluchtelingen en verdrukten.
Het is dan ook in Zijn stijl dat we dit weekend
in alle Tielse kerken aandacht geven aan de actie Dorcas.
Daarbij wordt gezorgd voor voedsel voor mensen
die dat vaak moeten ontberen.
Als u gister of eergisteren in een van de supermarkten was heeft u er waarschijnlijk ook wel het een en ander van gezien.
En inmiddels is bekend dat daarbij bijna 500 dozen gevuld zijn!
Ook voor die mensen, die het moeilijk hebben, wil Jezus een fundament, een basis zijn,
want ook zij zijn een tempel van Gods Geest,
ook zij zijn bouwwerken waarin God wil wonen.
God woont dus niet alleen in onszelf,
maar ook in de mensen om ons heen.
En dat doet me denken aan een zin
uit het lied waarmee we straks deze viering zullen eindigen:
in het lied: waar je woont op deze wereld, staat:
Door de ogen van de ander kijkt de Heer ons steeds weer aan.
Dat is een zin die me aanspreekt.
In de liefde,
in de warme aandacht van de ene mens voor de andere,
kan ik God ervaren, God zien,
de God die woont in ieder van ons.

We hoorden nog een verhaal over een tempel,
een tempel in Jeruzalem, die is gebouwd in 46 jaar.
Toen het paasfeest van de Joden in aantocht was,
ging Jezus erheen.
Maar wat Hij daar zag, stelde hem diep teleur.
Er werd grof gehandeld,
de dierenhandelaars verdienden grof geld
en Romeins geld werd omgewisseld voor Joods geld en omgekeerd.
Er werd handel gevoerd waarvan de rijken rijker werden
en de armen armer.
En dat is niet wat God wil.
God wil niet dat mensen vooral leven voor het eigen belang,
Hij wil dat we leven met zorg en aandacht.
En dat vooral ook gekeken wordt naar zwakkere medemensen
die dat hard nodig hebben
en die niet in staat zijn voor zichzelf op te komen.

Jezus reageert heftig
en Hij maakt het marktplein en de tempel helemaal leeg:
Jullie maken een markt van het huis van mijn Vader!
De Joden waren verbaasd en boos en vroegen:
Met welk teken kunt u bewijzen dat u dit mag doen?
Jezus antwoordde hun:
‘Breek deze tempel maar af, en ik zal hem in drie dagen weer opbouwen.
De tempel is uiteindelijk nog veertig jaar blijven staan
en toen werd hij vernield door de Romeinen.
Er is nu niets meer van over dan de bekende Klaagmuur in Jeruzalem.
Maar had Jezus het wel over deze tempel toen Hij zei
breek hem af en ik bouw hem in drie dagen weer op?
Pas later na zijn dood, werd duidelijk wat Hij bedoelde.
Hij sprak over de tempel van Zijn lichaam
en toen die tempel was afgebroken,
toen Hij aan het kruis was gestorven,
verrees hij weer na drie dagen.
Twee lezingen dus over het lichaam als een tempel.
En net als bij het tweede verhaal over de tempel
is het belangrijk dat we ervoor zorgen
dat we onze tempel, onszelf,
gebruiken zoals we bedoeld zijn.
Mensen die elkaar nabij zijn.
Dan zijn we samen kerk.
Een kerk die gezien mag worden!
Amen