Evangelieprikje (2007)

Elk jaar opnieuw horen we in de lezingen hoe Jezus in de woestijn vertoeft, elk jaar opnieuw horen we hoe Jezus op de proef gesteld wordt. Dit jaar is de beurt aan de versie van Lucas.

Het verhaal begint al verwonderlijk: je zou niet meteen verwachten dat iemand die vervuld is van de heilige Geest naar de woestijn trekt. Wij verwachten min of meer dat de Geest ons via de "gemakkelijkste weg" door het leven leidt, maar hier lijkt dit niet het geval te zijn.

Net voor hij zijn openbaar leven begint, verblijft Jezus in navolging van Mozes en Elia veertig dagen vastend in de woestijn. Veertig, het betekent in de bijbel heel lang. En als je een lange tijd vast, dan kan ik mij wel voorstellen dat je wel zin krijgt om al die stenen die je rondom jou ziet, op te eten. In het verhaal is het Satan die Jezus op het idee brengt: verander die stenen in brood. Merk op dat hetgeen de duivel hier voorstelt op zich niet slecht is: het is toch niet verkeerd om, waar we dat kunnen voor meer eten te zorgen, er is toch hongersnood in de wereld? Het bijbelse antwoord van Jezus doet ons echter vermoeden dat er andere motieven in het spel zijn. Als je in de woestijn bent, nadenkt over het leven, dan heb je vooral een "spirituele honger". Wanneer wij in ons leven op de proef gesteld worden, zijn er ook van die oplossingen: zoek je toevlucht in veel eten, in zoetigheid, in drugs misschien, een mooie auto, een groot huis, ... Je zal voor een tijdje verder kunnen, maar de innerlijke honger blijft bestaan. Nog voor we stenen in brood willen veranderen, moeten we ons laten voeden door God zelf. Niet het hebben, maar het zijn zal ons levensgeluk brengen.

Na de eerste bekoring geeft de duivel het niet op. Hij laat Jezus proeven van de macht. We moeten maar om ons heen kijken om te zien hoeveel mensen de macht waar ze ooit van geproefd hebben, niet meer kunnen loslaten. Ook hier is het op zich niet slecht, er zijn nu eenmaal mensen nodig die de leiding nemen, alleen moeten we ons afvragen ten koste van wat. Wordt macht gebruikt ten dienste van het volk, het algemeen belang? Of krijgt men macht omdat men toegeeft aan corruptie-toestanden? Wordt macht een afgod waar men voor buigt en alles voor opoffert? En weer biedt de bijbel antwoord op deze bekoring.

"Als Hij denkt dat ik mijn klassiekers niet ken, dan is hij er toch naast", moet de duivel gedacht hebben en hij geeft Jezus van hetzelfde laken een broek. Hij haalt een vers uit de bijbel aan en daagt Jezus er mee uit. De uitdaging hoort thuis in de wereld van het sterrendom met engelen als bodyguards. Ook hier is er op zich weer niks slechts aan. Een mens mag toch ge