En jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?

Beste vrienden,

“En jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?”

wanneer Jezus die vraag aan ons zou stellen, dan ben ik er zeker van dat er hier bijna niemand over het antwoord zou moeten nadenken. Wij weten immers wie Jezus is. We hebben het immers van onze ouders gehoord en op school geleerd. Het is toch klaar en duidelijk wie Jezus is! Jezus, dat is de Christus, de Zoon van God, de Mensenzoon, onze Heer en verlosser! Wij moeten daar toch helemaal niet over nadenken! 

Petrus heeft daar ook niet lang over nagedacht! “Gij zijt de door God gezonden Messias!” gaf Hij Hij Jezus ten antwoord. En waarschijnlijk was hij apetrots dat zijn antwoord zo midden in de roos was. Een ding is dan wel raar: Hoe komt het dat Jezus dan zo eigenaardig reageert? Hij zegt niet: “Knap, dat je dat hebt begrepen!” en ook niet: “Vertel het nu aan iedereen voort, zodat zoveel mogelijk mensen het te weten komen!”  Op het enthousiaste antwoord van Petrus volgt in het Evangelie gewoon: „Maar Hij beval hun op strenge toon dat tegen niemand te zeggen.” Hoe komt het dat Jezus zo eigenaardig reageert? Waarom verbiedt Hij dat zijn leerlingen verder zouden vertellen dat Hij de Messias is? Had Petrus dan iets verkeerds gezegd?  

Wel, er zijn blijkbaar antwoorden, die zo correct zijn, dat ze alweer helemaal verkeerd zijn. Wat betekende dat eigenlijk: „Gij zijt de door God gezonden Messias? “ Voor de mensen in Jezus’ tijd was het duidelijk, wie de Messias was, en wat die moest doen: De Messias, dat is diegene die de Romeinen uit het land jaagt, die de oude glorie van Davids rijk terug herstelt, en die Israël naar een glorierijke toekomst zal leiden! Dat was het beeld dat de mensen toen van de Messias hadden. En dat was ook exact wat Petrus dacht wanneer hij zijn uitspraak deed.  

Zijn antwoord was zo correct, dat het toch alweer volledig fout was. Toen de tijden dan achteraf toch niet zo glorierijk bleken als Petrus het zich had voorgesteld, toen werkelijk alles dreigde in te storten en Jezus aan zijn kruisweg begon, toen werd duidelijk hoe verkeerd het beeld was dat Petrus van de Messias had. Toen bleek duidelijk dat hij helemaal niet had begrepen wie die Jezus Christus in werkelijkheid was. En even vlug als hij toe: “Gij zijt de Messias” had gezegd, zei hij nu: “Ik ken die mens niet.”   

Wie zeggen jullie dat ik ben? Wie zeggen wij dat Hij is, die Jezus van Nazareth? Laten we niet te snel antwoorden en er goed over nadenken wie Hij voor ons is.  

Ja, Hij is diegene die ons heeft toegezegd, dat Hij ons leven in overvloed wil geven. Hij is diegene die ons heeft toegezegd dat Hij de weg, de waarheid en het leven is en dat al diegenen die zich aan zijn woord houden, hun doel nooit zullen missen. Hij is diegene die ons de Geest en de begeestering heeft geschonken. 

Maar Hij is het ook die ons heeft gezegd dat Hem navolgen betekent dat ook wij ons kruis moeten opnemen. Hij is diegene die nooit heeft beloofd dat zijn leerlingen een gemakkelijk leven zouden hebben en dat de hemel voor hen vol roze wolken zou hangen. Hij is ook diegene die er nooit twijfel over heeft laten bestaan dat zoiets als „het paradijs op aarde“ niet bestaat.  

Wie is Hij dan voor ons? Laat ons daar goed over nadenken en geen overhaast antwoord formuleren. Wie te snel antwoordt loopt het gevaar dat hij op het einde, wanneer ook voor ons geloven moeilijk en gevaarlijk wordt, wanneer ook voor ons de kruisweg begint, dat hij dan, net zoals Petrus zal zeggen: "Ik ken die mens niet!” 

We moeten dus goed nadenken wie Hij voor ons is, en we mogen geen genoegen nemen met halve waarheden. Halve waarheden houden namelijk niet stand. Want wanneer het ernstig wordt is een halve waarheid dikwijls een enorme vergissing.

Amen.