De sacramentsprocessie (2012)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 198 niet laden
DE SACRAMENTSPROCESSIE



PROCESSIES TEGEN HET KWAAD
Voor het verschijnsel processie kun je niet één aanleiding of één betekenis aangeven. In alle tijden is men er, in plechtige gewaden, op uitgetrokken met gezangen, vaandels en beelden, maar altijd om een andere reden!
In het oude Rome bestond de gewoonte om de eenheid van God te demonstreren door de eucharistische gave van kerk naar kerk te dragen. De mens geworden God is overal dezelfde. De middeleeuwse mens ervoer vooral in tijden van mislukte oogsten, plunderende Noormannen en dodelijke epidemieën, de wereld een oord vol loerende duivels en demonen. Processies moesten die gevaren bezweren en kanonschoten verjoegen de satan. Parochies hielden jaarlijks processies langs de grenzen van hun territorium, vele kilometers lang, Men nam het Allerheiligste mee, zoals de Hebreeën ooit de ark van het verbond met zich meedroegen in de oorlog. Later, toen landen in Noord-Europa zich de wetten niet meer lieten voorschrijven door Rome, ontstond er strijd over de filosofische termen waarin de Eucharistie moest worden verstaan. Processies werden demonstraties van ‘wij’ tegen ‘hen’. Mensen trokken provocerend de straat op met hun rijkdommen, terwijl anderen dit saboteerden. Er kwamen zelfs processieverboden en we kennen de spanningen in Noord-Ierland nog.

DREES IN HET RUSTALTAAR
In die periode van heroplevende verzuiling, onmiddellijk na de tweede wereldoorlog, was ik zelf misdienaar in Heer. Twee keer per jaar was er een grote processie. In elke deur - voordeuren werden sowieso bijna nooit gebruikt - stond een altaar met een heilig hartbeeld. Er brandden kaarsen en er stonden seringen te geuren. De protestanten hielden de gordijnen dicht. Het dorp demonstreerde een groeiend zelfbewustzijn van katholieken, die immers een grote achterstand hadden ingehaald. Ik herinner me de opschudding toen we onderweg naar de kerk ontdekten dat leden van de Partij van de Arbeid een affiche met het portret van Willem Drees in de nissen hadden geplakt van de rustaltaren, op de plaats waar het Allerheiligste werd uitgesteld. Dat werd ervaren als heiligschennis en in elk geval als een diepe belediging. De affiches werden snel verwijderd maar ze versterkten het gevoel van ‘wij’ tegen ‘zij’, van de processie als strijdmiddel. Jaren later hoorde ik de ware toedracht van het incident. De Partij van de Arbeid hoopte door te breken in Limburg. Men had het gewaagd om in het hart van de Katholieke Volkspartij, het vrijthof in Maastricht, een manifestatie te houden. Minister-president Drees zelf was ervoor naar het Zuiden getogen. Toen hij de toespraak op het Vrijthof wilde beginnen bleken de kabels van de luidsprekers doorgesneden te zijn. Dat had zich afgespeeld vlak voor de Heerder processie en ineens begrijp je dat de plakkerij niets met blasfemie te maken had, maar met rivaliteit tussen bevolkingsgroepen. De gebeurtenis paste bij de verhalen van mijn vader over ploegen van de ‘Dageraad’ die uit Holland het donkere zuiden kwamen verlichten met atheïstische propaganda en wier auto’s door de jonkheid van Nieuwenhagen met dikke spijkers werden tegen gehouden.

GELOVEN OP STRAAT
Ik hoop dat al deze betekenissen van de processie voor ons geen rol spelen. Wij achten anders-gelovigen en ongelovigen hoog. We hebben niet de behoefte tegen hen te demonstreren. We geloven niet dat op de hoek van de Kunostraat of uit het park bij het Brook demonen verjaagd moeten worden, en de boeren hebben zelf hun land al vruchtbaar gemaakt. De eenheid van God is tegenwoordig een vanzelfsprekendheid.
Wat wij zouden kunnen uitdrukken met de processie is dit: ons christelijk geloof is in wezen iets is dat zich afspeelt op straat. Het is het gewone alledaagse leven dat door het geloof richting en zin krijgt. God bestaat in de liefde, in de huizen van mensen en in de straten waar mensen elkaar troosten en steunen. Gods menswording is een wonder, een mysterie dat zich ook in onze kamers voltrekt. Vergeving is het werk van de Geest die ook in scholen en bedrijven werkzaam is. Ons geloof heeft allereerst in het dagelijks leven een plek en daarna pas in de kerk. Heilig is elke plek waar barmhartigheid werkelijk wordt.

DE BOOM IN
Lieve kinderen. Een paar jaar geleden zat ik in een kringgesprekje. Het ging over de processie. ‘Weten jullie wie er allemaal meegaan met de processie?’, vroeg ik. ‘De schutterij’, riep er een. ‘De harmonie’, wist een ander. ‘M’n oma’, zei een derde. Toen moest er dieper worden nagedacht. ‘Ja, hoe heten die ook weer... De misdienaars. Met wierook.’ Allemaal goed. ‘Wie gaan er nog meer mee met de processie?’ Anke stak aarzelend de vinger op. Je zag dat ze niet zeker was van zichzelf maar wel iets slims had bedacht. ‘Wie doen er nog meer mee met de processie? Weet jij iemand Anke?’ Anke fluisterde: ‘rupsen!’
De kinderen begonnen te lachen maar Anke had wel eens van ‘processie-rupsen’ gehoord. Die kruipen ‘s nachts in lange processies de eikenbomen in, op zoek naar jonge eikenblaadjes. Het worden nachtvlinders. Van de haartjes die uitvallen krijg je vreselijke jeuk. ‘Heb je wel eens een rupsen-processie gezien?’ ‘Nee’, zei Anke. ‘Wel een mieren-processie.’
‘En wie gaat er mee met onze mensen-processie?’ De kinderen wilden allemaal wel mee. Als de mieren en rupsen het doen, zal het wel interessant zijn! Leike keek slim uit zijn pretoogjes en zei: ‘Dan klim ik wel in alle eikenbomen!’