Hemelvaart van de Heer (2005)

Gelovigen zijn mensen met verbeelding. Misschien is dat wel het verschil tussen mensen die geloven en mensen die niet geloven: de een durft te leven met en vanuit verbeelding, de ander houdt het bij wat hij heeft en ziet.
Voor de laatste zou het vandaag een gewone werkdag zijn geweest omdat het natuurlijk, puur menselijk gezien, grote onzin is, verhalen te vertellen zoals we vandaag horen uit het boek der Koningen over het einde van het aardse leven van Elia, een van de grootste profeten van Israël en over het einde van het leven van Jezus.
De taal van de verbeelding is de enige taal die mensen ter beschikking staat om iets te zeggen over de diepste zaken van het leven; verbeelding is de enige kracht die verhalen kan doen vertellen om levensmysteries als 'leven en dood' en 'God' raakbaar en invoelbaar te maken.

Het is een taal waarvoor je gevoel moet hebben, ze verdraagt geen scepsis of wantrouwen, dan communiceert ze niet. Het is een taal die er absoluut niet tegen kan tot harde waarheid of welomschreven formule gemaakt te worden. Dan zegt ze niets meer en verkeert eerder in haar tegendeel, ze legt dan niets meer uit of wordt zelfs bespottelijk.
Schrijvers die prijzen verdienen zijn juist die mensen die in staat zijn om de verbeelding van hun lezers te stimuleren. Een dergelijke schrijver neemt je mee in zijn verhaal zodat je alles om je heen vergeet en je op je eigen wijze meebeleeft wat hij aanreikt.

De schrijver van het tweede boek van de Koningen voelde zich geroepen om de boodschap van het leven van Elia, te vertellen. Elia leek wel onmisbaar om zijn grote invloed. Dat gold zeker voor zijn meest directe leerling Elisa, die hem daarom niet in de steek liet en tot het einde toe bij hem bleef.
De laatste gang van de profeet wordt beschreven als de tocht van het joodse volk van Egypte naar het beloofde land, het water week uiteen zodat de profeet er droogvoets doorheen kon trekken. Die Elia was iemand die zijn taak neerlegde en overdroeg, zijn mantel liet hij achter en hij was iemand die geheel van de kracht van God was bevangen, heel zijn leven was hij al een man geweest in wie als het ware een vuur brandde die gedreven werd door een geesteskracht die hem als een windstoot soms tekeer deed gaan en zo ging hij heen en zo wordt verbeeld dat hij een man Gods was, meer nog dan tijdens zijn leven……

Lucas kende natuurlijk dat verhaal van het einde van Elia's leven op aarde. Hij gebruikte het als een kader om te ons iets te vertellen over de betekenis van Jezus die leeft, dat was de verrassende en onthutsende boodschap die de leerlingen hadden gekregen na zijn smartelijke kruisdood en na zijn begrafenis. Ook hier verwijzing naar de tocht van Israël uit Egypte: veertig dagen lang….. ook in het verhaal van Lucas verwijzing naar Gods geesteskracht die al in het hele leven van Jezus zo aanwijsbaar heeft gewerkt…..
Meer nog dan Elia was Jezus al tijdens zijn leven vertrouwd met God, dat voel je als je Jezus over de Vader hoort spreken. En dan dat geheimenisvolle 'hij werd omhoog geheven en een wolk onttrok hem aan hun gezicht'. Was het bij Elia nog met enig spektakel, het valt op dat het bij Jezus heel rustig gaat: hij werd opgeheven, een wolk onttrok hem aan hun ogen, zo vanzelfsprekend bijna.
Vandaag horen we eigenlijk: hoe kan Jezus de Levende zijn? Omdat Hij helemaal thuis is bij God, een wolk is wel het sprekendste beeld dat je daarvoor kunt gebruiken want wat dat ten diepste betekent ontgaat ons, we kunnen het alleen vermoeden, achter te wolken schijnt altijd de zon.
Laten we duidelijk zijn, deze verhalen van Elia en over Jezus, ze zeggen alleen iets als je er met gelovige verbeelding naar wilt luisteren, doe je ogen dicht en laat je raken dan spreken ze en ze vertellen ons over grote mensen in de geloofsgeschiedenis die al tijdens hun leven sterk met God verbonden waren, maar de afsluiting van hun aardse leven blijkt bij God te liggen.

Er is nog een andere kant: je bezig houden met God, als gelovige leven en dus vanuit een bepaalde spiritualiteit in het leven willen staan, er gaan ook bekoringen van uit.
De ene bekoring is dat sommige mensen heel dwingend worden. Ze willen verhalen als deze omzetten in keiharde waarheden: zo is het gebeurd en niet anders. Daarmee wordt de aantrekkingskracht van de verbeelding om zeep geholpen want de uitnodiging verdwijnt en wordt een dwang. Dat bedoelen de bijbelse schrijvers nooit. Luister maar naar Lucas, hij schrijft zijn evangelie: 'om u te overtuigen van de betrouwbaarheid van de zaken waarin u onderricht bent' (Lucas 1, 1) en Johannes: 'dit alles is opgeschreven opdat u gelooft dat Jezus de messias is, de Zoon van God en opdat u door te geloven, leeft door zijn naam'. (Joh. 20,31)

De andere bekoring is dat je blijft hangen bij de diepe beleving van dit moment, hetzij dat je het goede van het verleden niet wilt loslaten (zoals die leerlingen van Elia en Elisa), hetzij dat je wilt verwijlen bij dat goddelijke. Het is als met Petrus die op de berg Tabor zei: Heer kunnen we hier niet drie tenten bouwen……
De leerlingen van Elia, ze willen hem gaan zoeken, al weet de opvolger van Elia dat het geen zin heeft, in de meest letterlijke zin van het woord was Elia weg van deze wereld….
De leerlingen van Jezus staren naar de hemel en vergeten hun dagelijkse verantwoordelijkheden…., ze moeten daarop gewezen worden: wat staan jullie daar naar de hemel te kijken… jullie taak ligt hier op aarde, vlucht niet weg in geloof….

Verbeelding is nodig om elkaar te kunnen vertellen over de diepste dingen van het leven, maar je moet die verbeelding ook op tijd weer los durven te laten om te kunnen zien welke taak hier op aarde, in ons dagelijkse leven voor ons ligt.
Er is een mens naast ons, die ons nodig heeft.
Er zijn mensen die niet gelukkig kunnen zijn omdat er allerlei hinderpalen op hun weg zijn.
Er moet gewerkt worden -die opdracht beseffen we juist in deze dagen van 4 en 5 mei- aan een wereld waar vrijheid en vrede voor iedere mens centraal staan.
Kortom er moet hard gewerkt worden aan de komst van het koninkrijk van God, dat is een wereld naar Gods hart waar plaats is voor ieder mensenkind.

Nooit kan ons geloof in Jezus de Levende, van wie we vandaag vieren dat hij helemaal van God is een excuus zijn om onze opdracht hier maar te laten liggen of niet belangrijk te vinden: ons leven, onze verantwoordelijkheid ligt hier en nergens anders… wat sta je naar de hemel te kijken….
En als je dan het gevoel hebt: dat klinkt wel mooi maar hoe weet ik dan wat mij te doen staat, wat ik moet zeggen, hou je dan vast aan de woorden van Jezus: 'jullie zult gedoopt worden in heilige Geest binnen enkele dagen'.

Dat Jezus voortaan bij God is en helemaal van God is wil tegelijkertijd zeggen dat wíj niet aan ons lot worden overgelaten, we zullen een helper krijgen. De kracht van God, die werkte in Jezus zal ook in ons werken, zodat we letterlijk in zijn geest kunnen doorgaan, dat is zijn belofte.

Zend ons uw Geest en gij zult het aanschijn van de aarde vernieuwen.