Over winners en verliezers

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden
Mensen zijn slechte verliezers. Ze worden boos of lastig als ze verliezen in het spel. Mensen zijn slechte verliezers. Ze kunnen geniaal liegen om hun nederlaag te verbergen. Soms liegen ze zelfs zo geniaal, dat de ander gelooft dat ze hebben gewonnen. Mensen zijn slechte verliezers. Ze zinnen op wraak als de ander wint. Mensen zijn slechte verliezers. Hun verlies is altijd de fout van de andere die beter is of sterker, maar die, volgens hen, vooral sluwer of vuiler speelt.

Mensen zijn slechte verliezers. Het is alsof het zo moet: ze zijn geboren om te verliezen. Soms van generatie op generatie. Ze staan in het leven aan de slechte kant en dat zal fataal zo blijven. Ze misdoen wat vader misdeed. Ze mislukken waar hun grootouders mislukten. ‘Geboren verliezers' dus. In de gevangenissen zitten deze mensen met tientallen. Ze lopen ook in onze straten, ze wonen in onze achterbuurten en boven ons in het appartementsgebouw. Allemaal verliezers. Allemaal mensen, die liever zouden winnen.

En nu spreekt het evangelie over de vrijwillige verliezer. Over de mens die kiest voor het verlies. Van een tegendraadse boodschap gesproken! Temeer omdat dit geen facultatieve mogelijkheid is noch een bijkomstige keuze. Nee, het is een levens-wet. Als je wil winnen moet je leren verliezen. Een andere weg is er niet. Je moet eerst kopje onder duiken, anders kan je het hoofd niet boven water steken. Je moet eerst diep graven, anders kan je de schat niet vinden. Je moet eerst taai en saai studeren, anders krijg je de stof niet onder de knie. Deze wetten kan je niet omkeren. Ze zijn zo waar als de wetten van Newton en Archimedes: een mens kan niet naar boven vallen en een cirkel maak je niet met opstaande rechte lijnen. Je kan niet ginds aankomen als je hier blijft staan. Zo kan een mens zich ook niet omhoogtrekken aan zijn eigen haar. Je kan niet de ander liefhebben als je niet jezelf vergeet. Allemaal de logica zelf.

Zo is het ook met het Rijk Gods. Dat heeft ook zijn logica. Als je altijd thuis blijft bij vader en moeder ontdek je nooit de andere mens. Noch zijn armoede noch zijn rijkdom. Als vader en moeder hun kinderen vasthouden, weigeren ze het echte leven aan hun kinderen. Ze zullen alleen maar braaf zijn maar nooit volwassen. Als de mens alles schuwt wat pijn doet en moeite kost, zal hij nooit weten wat vreugde is. Als de mens alleen maar feest wil vieren en daar niets voor doet, dan zal de maaltijd nooit echt feestelijk zijn. Dan wordt het leven ordinair en banaal, lauw en flauw. Om het eens heel gewoon te zeggen: het leven is letterlijk (de) moeite waard.

Matteüs zegt dat vandaag met sterke woorden. Wie vader of moeder meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig. Wie zoon of dochter meer bemint dan Mij, is Mij niet waardig. Wie zijn kruis niet opneemt en Mij volgt, is Mij niet waardig. En dan komt het grote woord: wie zijn leven vindt, zal het verliezen. En wie zijn leven verliest om Mij, zal het vinden.

Ik wil dat natuurlijk best geloven, maar dan toch op één voorwaarde. Is datgene wat ik zal vinden groter en rijker en voller dan datgene wat ik zal verliezen? Dan pas is het die moeite waard.

Welnu, precies daarop geeft het evangelie mij het ondubbelzinnige antwoord dat ik nodig heb. Als ik een profeet binnenlaat in mijn leven, zal ik het loon van de profeet ontvangen. Ik zal namelijk God zelf ontmoeten. Als ik aan een arme al was het maar een glas fris water geef, ik zal mijn loon niet missen!

Als dat mij genoeg is, is het evangelie en het christendom voor mij die moeite waard. Als ik het daarvoor niet kan opbrengen, zal ik het evangelieboek sluiten en eindigt voor mij het christelijk geloven. Als ik meer verwacht of iets anders verwacht, mag ik het adres van de kerk voortaan terecht vergeten. In onze telefoongids staan er adressen die meer winst beloven en meer feilloos geluk!?

Matteüs lezen is dat: kies je voor het gemakkelijkste recept van goedkoop geluk? Of kies je voor stille en diepe vreugde, voor gezonde en degelijke spijs? Dan zal je lange uren moeten staan in de keuken en lezen in een moeilijk receptenboek.

Lieve toehoorder, ik zou je zo graag iets serveren wat nu al denken doet aan het gastmaal in Gods eeuwig huis.