God heeft u lief (2010)

Niemand krijgt een tweede kans om een eerste goede indruk te maken.  Dit is een reden om een eerste presentatie goed te verzorgen.  Dit gold in de Oudheid ongetwijfeld voor redenaars en voor opstellers van brieven.  Daarom maak werk van een goede inleiding.  En niet alleen bij een eerste keer.  Elke toehoorder en elke lezer is het waard telkens een goed aanbod te ontvangen.

Heeft Paulus zich door die beschouwingen laten leiden bij zijn brief aan de Romeinen?  Die brief is alvast een contact, waaraan hij veel belang hecht.  Als gezant van Christus weet hij zich geroepen om overal tot aan de uiteinde het evangelie te verkondigen.  Hij is blij dat hij de kans krijgt dit in Rome te doen.  Hij schreef de brief hoogstwaarschijnlijk vanuit Griekenland bij het einde van zijn derde missiereis.  De brief dateert wellicht uit het jaar 56 of 57. 

Paulus heeft bijna in elk van zijn brieven een keurige inleiding.  Deze van zijn Romeinenbrief is zeer verzorgd.  Jakob van Bruggen maakt in zijn commentaar op de Romeinenbrief daarover volgende beschouwing: "Het is voor Paulus als apostel onder de volken kennelijk een heel bijzonder moment wanneer hij een brief gaat schrijven aan christenen te Rome.  Hij is een Romeins burger en hij is zich bewust van het feit dat deze stad het middelpunt is van die wereld waarin hij al jaren rondtrekt als prediker van Jezus Christus.  Het evangelie van de hemelse Koning is op weg naar de hoofdstad van het wereldrijk op aarde.  En Paulus is overal de heraut van deze koning.  Uit Sion rukt het heil nu op naar de volken de kustlanden.   En Rome is in het westen hun middelpunt.  Daarom heeft Paulus er blijkbaar behoefte aan zich in een brief aan de christenen in deze stad uitvoeriger voor te stellen (1,1-7) en zich daarbij ook te verantwoorden over zijn eigen houding tegenover deze wereldstad in de afgelopen jaren (1,8-17)" (Jakob van Bruggen, Romeinen Christenen tussen stad en synagoge, Kok, 2006, p. 29). 

Paulus, de Gezant van Jezus Christus bevindt zich in gedachte al aan de poorten van Rome.  De liturgie gebruikt de groet van Paulus als aanloop naar kerstmis.  Ze geeft ons aldus suggesties voor een kerstboodschap zowel voor onszelf als voor de mensen, met wie we samenleven. 

Paulus zegt ons wie Jezus is voor hem.  Hij is niet het kerstmanneke of het kindje uit een sprookje.  Paulus is niet bezig met een verterend neerbuigen over een kind in de kribbe.  Hij is begaan opdat de boodschap van Jezus ons zou aanspreken en vervullen.  In Christus Jezus vloeien twee lijnen samen, een straal van hierboven en een straal van beneden.  In het volle menszijn van Jezus treedt de Zoon van God op.  Jezus staat in een geschiedenis van mensen.  Hij is een mijlpaal binnen een lange verwachting.  Hij is geboren uit het Joodse volk.  Hij is uit het geslacht van David.  Hiermee is de koninklijke lijn aangegeven.  Hij is vanuit de Joodse visie de beloofde Messias.

Hij is tevens gedragen en gedreven door de Geest.  Jezus is zoon van David en Zoon van God.  Gods Geest is in hem vaardig.  God heeft in en door hem machtige daden verricht.  Jezus heeft de dood overwonnen.  Hij is de opgestane.  In de groet van Paulus staat op kerstdag de Verrezene Heer voor ons.  Het gaat niet over het kindeke Jezus, maar over Jezus de Christus.  Van hem is Paulus de dienstknecht.  

Paulus geeft aan Jezus een keizerlijke titel.  Hij is de Heer, de Kurios.  Hij is de enige die deze naam mag dragen.  Paulus stelt tegenover de macht van de keizers deze van Jezus.  Het is ongewild een revolutionaire taal.  Wat betekent die Joodse man uit het verre Israël in het toen zo machtige Rome?

Het leven van Paulus is helemaal door Jezus bepaald.  Hij wil Jezus aan alle volkeren bekend maken.  Christenen zijn door Jezus, door de Vader en de Geest geroepen om zijn boodschap door te geven.  Als boodschappers en getuigen zijn we schakels.  Het gaat niet over onszelf, maar over de boodschap.  Wij mogen doorgeven wat we zelf hebben gekregen.  Zoals bij het estafettelopen geven we een boodschap door.  Wij doen dit niet alleen, maar in gemeenschap met anderen. 

Paulus bemoedigt van bij het begin zijn lezers en toehoorders. God ziet ons gaarne, zegt Paulus, en God roept ons tot gemeenschap met Jezus Christus.  Dit is een schone kerstboodschap die we mogen ontvangen en kunnen doorgeven.  God ziet mij en jullie graag, hij neemt jullie en mij op in zijn gemeenschap en hij schenkt ons genade en vrede. 

"Aan u, die geroepen bent door Jezus Christus.  Aan allen in Rome en elders, geliefden van God, geroepen om zijn heiligen te zijn. Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus." (Rom. 1,6-7).